AI als sparringpartner: hoe wij LLMs inzetten in de praktijk

AI is overal. Dat merken we ook in ons vakgebied. Tools als ChatGPT, Claude en JetBrains AI worden steeds vaker onderdeel van het ontwikkelproces. En terecht, want het zijn krachtige hulpmiddelen.

Toch roept het gebruik van AI in softwareontwikkeling regelmatig vragen op. Wordt code nog wel door mensen geschreven? Is er nog vakmanschap als een model het werk doet? Gaat AI banen overnemen?

Bij ons zijn we daar helder over: We gebruiken AI niet als vervanging van mensen, maar als versterking van denken.

Niet om te bouwen, maar om te sparren

LLMs (Large Language Models) zijn een indrukwekkend technologie. Ze kunnen in één prompt code opleveren. In de praktijk is dit vaak onwenselijk. LLMs kunnen prima voorbeelden geven, maar die zijn meestal niet één-op-één toe te passen in een echte codebase. Doe je dat toch, kan dit een technisch zwakke implementatie, technical debt of gebrek aan samenhang tot gevolg hebben.

Het klakkeloos toepassen van AI-output voelt soms als goedkoop en snel. Maar zoals bij outsourcing zonder goede aansturing: het lijkt efficiënt, maar je betaalt later de prijs met refactorwerk, gemiste context of gebrek aan samenhang.

Je zou kunnen zeggen dat prompten óók een vorm van programmeren is. Alleen niet in JavaScript of PHP, maar in natuurlijke taal. Je stuurt een model aan met instructies. De logica, context en precisie blijven belangrijk. Alleen de interface verandert.

We gebruiken deze tools niet om klakkeloos code te genereren. Code laten “viben” op basis van een prompt klinkt aantrekkelijk, maar mist te vaak de nuance, context en robuustheid die wij belangrijk vinden. Wat wij maken, moet onderhoudbaar zijn. Uitbreidbaar, toekomstgericht. Begrijpelijk voor elk teamlid. Niet gegenereerd door een taalmodel in een blackbox.

De werkelijke kracht van LLMs zit voor ons dus niet in het schrijven van code, maar in het denken rondom code. Bijvoorbeeld door alternatieven aan te dragen, je verrassen met edge cases die je zelf over het hoofd zou zien, bestaande concepten uit te leggen of te sparren over design patterns. Het zijn deze denk-ondersteunende toepassingen die wij waardevol vinden. Niet de illusie en utopie dat AI het werk voor ons overneemt.

We gebruiken LLMs als klankbord. Voor nieuwe ideeën. Voor het verkennen van alternatieven. AI als sparringpartner, niet als uitvoerder.

Kwaliteit als gevolg

Natuurlijk levert AI soms versnelling op. Maar voor ons staat niet snelheid voorop, maar de vraag: "Wordt het er beter van?" Efficiëntie is mooi meegenomen, zolang de kwaliteit, duurzaamheid en samenhang van onze oplossingen gewaarborgd blijven.

Waar het ons om gaat: betere keuzes maken. Met meer inzicht. AI helpt ons daarbij. Door kennis te verbreden, te reflecteren en alternatieven te laten zien. En met oog voor wat past bij de opdrachtgever, de schaal van het project en de toekomstbestendigheid van de oplossing.

Toekomstgericht bouwen blijft mensenwerk

Wij geloven in technologie die meebeweegt met de tijd. Daarom omarmen we AI. Niet als hype, maar als hulpmiddel. Niet ter vervanging van mensen, maar als verrijking van ons denken.

AI ontwikkelt zich razendsnel en zal steeds meer programmeerwerk kunnen overnemen. Dat verandert ook onze rol. Minder typen, meer nadenken. Minder bezig met hóe iets gebouwd wordt, meer met wát en waarom. Niet de output is leidend, maar de keuzes die eraan voorafgaan. Juist daar ligt onze waarde, en die blijft.

Want bouwen aan digitale oplossingen begint niet bij code, maar bij begrip. Van de vraag, de context en de ambities van de opdrachtgever. Meedenken, doorvragen, afwegen wat wél en níét werkt. Dat blijft mensenwerk.

Onze kracht zit in die vertaalslag: van visie naar techniek. Of die techniek nu AI is of niet, wij zorgen dat technologie klopt met wat er écht nodig is.

Technologie helpt ons vooruit, maar het zijn de mensen die de richting bepalen. Door te luisteren, door te begrijpen, en door keuzes te maken die passen bij de context en de toekomst die we samen willen bouwen. Die toekomst maken we samen en dat blijft mensenwerk.